Els van den Graven - Korte || Atje Klein Langenhorst - Bremer || Nienke Jansen - Pieper || Mirja Strijker - Oosterhuis

Hormoonverstorende stoffen en zwangerschap

Als zwangere krijg je veel adviezen, bijvoorbeeld over voeding (wat je beter niet en wat je beter wel kan eten). Onderstaande informatie over hormoonverstorende stoffen hoort officieel niet tot de standaard adviezen zoals die door het ministerie van Volksgezondheid en het RIVM worden gegeven.

Wij vinden het als praktijk wel belangrijk dat onze zwangeren op de hoogte zijn van deze stoffen zodat je daarna zelf kunt bepalen wat je met deze informatie doet. In landen als Denemarken wordt deze informatie wel door de overheid aan zwangeren verstrekt.

De ontwikkeling van een baby kan negatief beïnvloed worden door hormoonverstorende stoffen (EDC’s: endocrine disrupting chemicals). Er zijn steeds meer aanwijzingen dat deze chemicaliën het hormoonsysteem van de baby kunnen verstoren wat tot blijvende gezondheidsschade kan leiden.

Zwangere vrouwen worden dagelijks blootgesteld aan deze chemische stoffen. Ze zitten o.a. in onze voeding, in plastic en in verzorgings- en schoonmaakproducten. Ze leiden tot o.a. tot onvruchtbaarheid, kanker (o.a. teelbalkanker bij jonge mannen), suikerziekte, gedragstoornissen en auto-immuunziekten.

EDCsIn Nederland wordt weinig actie ondernomen om hormoonverstorende stoffen te weren. Dit in tegenstelling tot Denemarken, Zweden en Frankrijk. Daar zijn veel producten al verboden. Zo wil Frankrijk binnenkort een algeheel verbod invoeren op Bisfenol-A. Nederland hanteert alleen nog de richtlijnen van de EU.

Waarom ons land geen actie onderneemt op dat gebied? De lobby van ondernemingen is groot en het verbieden van bepaalde stoffen zal het productieproces duurder maken. Het enige wat verboden is in Nederland zijn babyflesjes waar bisfenol-A (BPA) in zit. Dat heeft te maken met het feit dat kinderen die enkel nog de fles krijgen intensief worden blootgesteld aan BPA.

Een voorbeeld van een hormoonverstorende stof: Bisfenol A (BPA)

De voornaamste bron van bisfenol A is epoxyhars. Dat is de beschermende plastic laag aan de binnenkant van doppen en blikken. BPA zit in ook harde soorten plastic; harde plastic drinkbekers, broodtrommels, bestek, etc. Dit plastic vind je ook terug in verpakkingsmaterialen waar voeding in zit.

Het probleem is echter dat je niet kan weten of er BPA in de verpakking zit, omdat fabrikanten niet verplicht zijn om dit op het etiket te zetten.Het is dus lastig te achterhalen waar BPA in zit. Op sommige plastic producten staat wel een teken. Als er een 3 of 7 (in het driehoekje) staat, dan kán er BPA in zitten.Over het algemeen geldt dat de afgifte van BPA bij hergebruik van hetzelfde product minder wordt. Hoe vaker je een plastic beker zal wassen, hoe minder de afgifte van BPA wordt. Hergebruiken van deze plastic producten met warme dranken is af te raden omdat verhitting mogelijk de afgifte van BPA kan bevorderen (dus ook niet verhitten in de magnetron).

Ook zitten deze hormoonverstorende stoffen in o.a. crèmes. Het is moeilijk om alle producten met hormoonverstorende stoffen te weren, omdat veel producten in plastic zijn verpakt. En daarbij is het vaak moeilijk te ontdekken welke producten veilig zijn en welke niet. Daarom hebben wij een lijst gemaakt met algemene tips (samengevat op basis van de informatie van deze site).

Algemene tips

Je kunt de blootstelling aan EDC’s verminderen door te letten op de producten die je koopt. Hieronder staan een aantal productgroepen die EDC’s bevatten en tips over hoe je de blootstelling aan EDC’s kunt verminderen.

  • Vermijd ingeblikt voedsel
  • Kies producten zorgvuldig: lees het etiket, let op keurmerken en termen zoals PVC vrij of BPA vrij. Vermijd producten met PVC (code 3).
  • Thuis: ventileer de woning regelmatig. Verontreinigende stoffen hopen zich op in de binnenlucht. Allesreinigers zijn flinke luchtverontreinigers. Beter is ECO- label allesreiniger te kiezen met Silver Swan (keurmerk).
  • Vermijd producten gemaakt van polycarbonaat, herkenbaar door het PC etiket of recyclecode 07
  • Kies voor verse onverpakte voedingsmiddelen.
  • Kies evt. biologische voedingsmiddelen, deze bevatten geen residuen van bestrijdingsmiddelen.
  • Gebruik alternatieven voor het verpakken en bewaren van voedsel, zoals glas, keramiek of roestvrijstaal of polyethyleen PE.
  • Warm geen voedsel op in plastic schaaltjes, vooral niet in de magnetron.
  • Was nieuwe kleding voor het dragen.
  • Gebruik geen producten (bijvoorbeeld sokken of zeep) met antibacteriële eigenschappen.
  • Koop stoffen poppen en knuffels van natuurlijke vezels.
  • Was knuffels voor gebruik.
  • Geef je baby geen speelgoed van zacht plastic dat volgens het label niet geschikt is voor kinderen onder de leeftijd van 3.
  • Ruik aan het speelgoed voor aankoop! Koop geen speelgoed met een onaangename geur of speelgoed dat raar aanvoelt.
  • Vermijd speelgoed met weekmakers (ftalaten). Plastic poppen en speelgoed van zacht plastic kunnen deze schadelijke weekmakers (ftalaten) bevatten. Helaas zijn er nog geen etiketteringsvoorschriften voor speelgoed.
  • In veel crèmes en shampoos zitten parabenen. Dit zijn conserveringsmiddelen in douchegels, shampoos, crèmes, lotions en babyverzorgingsproducten. Het wordt makkelijk opgenomen in je lichaam via je huid.
    Wil je wel een crème gebruiken? Gebruik dan een crème van het merk Weleda, Nivea Pure and Natural of bepaalde producten van Neutral.
  • Vermijd als zwangere zonproducten met hormoonverstorende UV-filters. Deze zijn: benzophenone-1, benzophenone-2 , 3-benzylidene camphor en ethyl-4-aminobenzoate.
  • Minder is meer: gebruik babyverzorgingsproducten alleen als het nodig is.
  • Andere EDC’s die in voeding kunnen voorkomen zijn de conserveringsmiddelen propylparabeen (E216), galaten (Propylgallaat(E310), Octylgallaat (E311), Dodecylgallaat (E312), antioxidanten (tBHQ ( tert-Butylhydrochinon, E319), BHA ( Butylhydroxyanisol, E320), BHT (Butylhydroxytolueen, E321).